Fertiliteit

Het drachtig krijgen van de merrie wordt vaak als een vanzelfsprekend iets gezien, maar er spelen veel factoren mee die het drachtig worden beinvloeden. Zo kan men kiezen tussen `natuurlijke dekking` of kunstmatige inseminatie (K.I.). De voordelen van K.I. zijn vaak groter dan die van natuurlijke dekking. Zo kan men d.m.v. K.I. geen ziektes overbrengen van de hengst op de merrie en kan trauma ontstaan door natuurlijke dekking worden voorkomen. K.I. is echter niet bij alle rassen toegestaan. Bij K.I. kan men de keuze maken tussen vers of diepvriessperma.

Veelgestelde vragen

  • Bij vers sperma wordt de merrie geinsemineerd op de 2 e of 3 e dag van de hengstigheid. Deze inseminatie wordt om de 48 uur herhaald totdat de eisprong bij de merrie heeft plaatsgevonden. Bij diepvries sperma wordt met insemineren gewacht tot dat de eisprong heeft plaatsgevonden. De inseminatie moet binnen de 8 uur na de eisprong plaatsvinden. Een intensieve opvolging van de merrie bij diepvries K.I. is dus vereist.

  • Men wil vaak een merrie na het veulenen snel weer drachtig krijgen, omdat men de wens heeft een `vroeg` veulen te willen hebben. Men kan dan al gaan insemineren in de veulenhengstigheid. Deze veulenhengstigheid treedt gemiddeld 9 dagen na het veulenen op. Tijdens de veulenhengstigheid zijn de resultaten van inseminatie met vers sperma vaak beter dan met diepvriessperma.

  • Wanneer de merrie drachtig is kan men dat al vaststellen d.m.v. echografie op 16 dagen na de eisprong. Een definitieve drachtigheidsdiagnose wordt tussen de 30 en 35 dagen na de dekking gesteld.

  • De merrie is geslachtsrijp vanaf 1 ½ jaar. De hengst is gemiddeld genomen vanaf een leeftijd van 2 jaar geslachtsrijp. De hengst is het gehele jaar door vruchtbaar, maar heeft een hogere geslachtsdrift tijdens het dekseizoen. In het algemeen worden hengsten en merries pas vanaf de leeftijd van drie jaar ingezet voor de dekking.

  • De merrie is een “seasonal breeder” en multicyclisch. Dit wil zeggen dat de merrie niet het gehele jaar door vruchtbaar is en meerdere keren in het seizoen hengstig wordt.

    Het natuurlijk dekseizoen van het paard loopt van mei tot oktober. Tegenwoordig probeert men het dekseizoen steeds vroeger te laten beginnen om een zo vroeg mogelijk veulen te krijgen. De eerste dekkingen beginnen tegenwoordig al zo vanaf half februari. Deze dekkingen hebben wel minder kans van slagen, want de merries zijn dan vaak minder vruchtbaar gezien het natuurlijke dekseizoen dan nog niet is begonnen.

  • De gemiddelde lengte van de cyclus van de merrie bedraagt 21 dagen. Waarvan ze gemiddeld vijf dagen hengstig zijn. De lengte van de cyclus en lengte van de hengstigheid kunnen sterk variëren per merrie er zijn zelfs merries die maar twee of drie dagen hengstig zijn.

  • De goed hengstige merrie kan men herkennen aan het “blijven staan voor de hengst.” Een aantal andere belangrijke gedragingen voor het herkennen van de hengstigheid zijn:

    Frequent afzetten van kleine hoeveelheden, vaak troebele urine.
    Tonen van de clitoris, het zogenaamde “blitzen”.
    Het opzij houden van de staart.
    Iets door de achterbenen zakken.
    De bereidheid zich te laten dekken.

     

    Buiten de hengstigheid zal de merrie de hengst niet verdragen in haar buurt en deze bovenstaande gedragingen niet vertonen. Als de merrie niet goed haar hengstigheid laat zien kan u haar altijd door uw dierenarts laten scannen. De dierenarts kan dan meestal wel ongeveer inschatten wanneer uw merrie hengstig wordt. En indien nodig een hormooninjectie geven om haar goed hengstig te laten worden. 

Terug naar behandelingen