Spoelwormen zijn grote (10 tot 15 cm.), witte, duidelijk zichtbare, wormen. Ze leggen per worm ontzettend veel eieren en deze eieren kunnen tot wel 10 jaar overleven op de wei. Het larfje komt pas uit het ei in het paard (dus de paarden eten bij spoelwormen in tegenstelling tot bij andere wormen de eieren op met het gras). Eenmaal uit het ei kruipt het larfje door de darmwand naar de lever van het paard. Via de bloedbaan gaat het larfje naar de longen. Vanuit de longen hoest het paard het larfje op en slikt het weer door en zo komt het larfje weer in de darm. Tijdens deze reis door het paard wordt het larfje een volwassen worm en richt zij veel schade aan, aan met name de longen van het paard. Veel volwassen spoelwormen in de darm kunnen tot koliek door een verstopping leiden.
Infecties met spoelwormen zien we vooral bij opgroeiende paarden (4 maanden tot 3 jaar oud). Oudere paarden hebben meestal zelf weerstand opgebouwd tegen deze wormen. Spoelwormen zijn in meer dan de helft van de gevallen resistent tegen ivermectine. Ze zijn meestal wel gevoelig voor fenbendazol en pyrantel, helaas zijn de larfjes van deze wormen niet gevoelig maar alleen de volwassen wormen.
Zware infecties worden het beste voorkomen door uw weides zo vrij mogelijk te houden (dus jonge paarden geregeld mestonderzoek en zodra spoelwormeieren gevonden worden met het juiste wormmiddel ontwormen). Standaard ontwormen met ivermectine is hier dus niet voldoende.