Wilt u onze kliniek in Valkenswaard bezoeken, let dan goed op! De kruising Nieuw Waalreseweg en Dommelseweg is gesloten! Lees hier meer informatie.
Veel in Nederland gehouden honden worden gesteriliseerd. Uiteraard is deze ingreep vaak bedoeld om ervoor te zorgen dat de zij geen nakomelingen meer kunnen voortbrengen, maar ook vanwege gezondheidsredenen of gedragsproblemen kan ervoor worden gekozen om een hond te steriliseren.
In principe wordt bij de reu altijd gesproken over castratie. Dit houdt in dat beide testikels worden verwijderd door middel van een operatie. Het is echter ook mogelijk om een reu te steriliseren. Sterilisatie houdt namelijk in dat men een dier onvruchtbaar maakt door het afbinden van de zaadleider, of in geval van een teef de eileider, tijdens een operatie.
Een ander algemeen woord voor zowel sterilisatie als castratie is neutralisatie. In de volksmond wordt echter altijd gesproken over castratie van de reu en sterilisatie van de teef. Dit komt voornamelijk omdat sterilisatie van de reu in de praktijk zelden plaatsvindt. Castratie is namelijk makkelijk uitvoerbaar, minder ingrijpend voor het dier en de kans op complicaties is zeer klein. Bij teven ligt de situatie iets anders. Uiteraard is het bij deze dieren ook mogelijk om de eileider af te binden en dan spreekt men van een sterilisatie.
In tegenstelling tot wat veel mensen denken is het echter ook mogelijk om een teef te castreren. Hoewel deze term nauwelijks gebruikt wordt is ook bij de teef castratie de meest gebruikte ingreep. De castratie van een teef kan op twee verschillende manieren plaatsvinden. Men kan ervoor kiezen om alleen de eierstokken te verwijderen of zowel de eierstokken als de baarmoeder.
In principe worden bij de neutralisatie van de teef altijd alleen de eierstokken verwijderd. Hoewel vroeger werd beweerd dat de hond op die manier nog een baarmoederontsteking kon ontwikkelen is dit echt uitgesloten. De enige reden om de baarmoeder ook te verwijderen is wanneer deze afwijkend is door een ontsteking of een tumor.
Over het beste tijdstip van sterilisatie wordt veel gediscussieerd. Er zijn dierenartsen die het al op jonge leeftijd doen en anderen willen wachten tot na de eerste loopsheid. In Amerika, maar ook in andere landen, worden veel asielhonden al op een leeftijd van zeven weken gesteriliseerd om op die manier het zwerfhondenprobleem tegen te gaan. In Nederland is de belangrijkste reden voor sterilisatie echter het gezondheidsvoordeel als men heeft besloten toch niet met de hond te fokken.
Het voordeel van sterilisatie op jonge leeftijd is dat de ingreep bij jonge dieren vaak gemakkelijker is dan bij oudere dieren. Een operatie op hele jonge leeftijd is daarentegen wel een zwaardere belasting voor uw puppy. De gebruikte verdoving is voor jonge puppy’s extra belastend, omdat de lever nog niet helemaal volgroeid is. Daarnaast is het voor het jonge dier moeilijk om zijn lichaamstemperatuur op peil te houden tijdens de operatie. Hoewel er nog geen bewijs voor is zijn er sterke aanwijzingen gevonden dat sterilisatie voor de eerste loopsheid een verhoogde kans op incontinentie geeft. Ook kan het ervoor zorgen dat de groeischijven van de botten vertraagd sluiten. Hierdoor groeien de botten langer door en kunnen pootproblemen op latere leeftijd voorkomen.
De ideale leeftijd voor sterilisatie of castratie is dus moeilijk aan te geven. Het is belangrijk altijd uw dierenarts om raad te vragen. Op die manier kunt u samen de voor- en nadelen tegen elkaar afwegen. Het is namelijk zo dat sommige nadelen bij bepaalde rassen een grotere rol spelen dan bij andere. Verder verdwijnen sommige voordelen als men erg lang wacht met steriliseren of castreren. Over het algemeen is ons advies om kleine hondenrassen te steriliseren vanaf een leeftijd van 6 maanden en grotere hondenrassen vanaf drie maanden na de eerste loopsheid.
Er bestaat inderdaad een “hondenpil” die ervoor zorgt dat uw hond niet meer loops wordt en dus geen puppy’s meer kan krijgen. Deze “hondenpil” is niet vergelijkbaar met “de pil” die mensen gebruiken! De “hondenpil” moet dagelijks worden gegeven en kan beter niet langer dan 21 dagen worden gebruikt. Deze manier is dus vooral geschikt om de loopsheid zeer kort uit te stellen, bijvoorbeeld als u nog wel met uw hond wilt fokken.
Een tweede mogelijkheid is een zogenaamde prikpil. Uw hond wordt dan door uw dierenarts ingespoten met een medicijn wat ervoor zorgt dat uw hond niet meer loops wordt.
Het voorkomen van zwangerschap bij uw hond met behulp van de “hondenpil” of prikpil in plaats van een operatie moet altijd goed met uw dierenarts worden besproken. Als u niet meer van plan bent om ooit met uw hond te fokken is het altijd beter om voor de operatie te kiezen. Zowel de “hondenpil” als de prikpil kunnen namelijk een groot aantal bijwerkingen hebben. Hierbij geldt altijd dat de prikpil minder gevaarlijk is dan de “hondenpil”. Mogelijke bijwerkingen zijn:
Gebruik de “hondenpil” en de prikpil nooit voor de eerste loopsheid van uw hond, want dan is de kans zeer groot dat zij een baarmoederontsteking krijgt.
Menu
Cookies helpen ons jou de beste gebruikservaring te bieden. Lees meer.
Onze website maakt gebruik van cookies om jou van andere gebruikers op de website te onderscheiden. Hiermee kunnen we jou een goede gebruikservaring op de website bieden en deze blijven optimaliseren. Bekijk ons cookiebeleid.
We gebruiken drie verschillende cookietypes op onze website. Je voorkeur kan je hieronder aangeven.
Deze cookies zijn nodig om de website te laten werken. Zij worden altijd geplaatst.